Nieuwe regels voor gerechtelijke procedures in Duitsland vergen omdenken Nederlandse ondernemer
Niet alleen het Duitse Burgerlijk Wetboek is sinds 1 januari drastisch veranderd maar ook de regelgeving omtrent het voeren van een gerechtelijke procedure. De belangrijkste veranderingen in het kort:
Alvorens de rechtzaak inhoudelijk in behandeling wordt genomen, moet een zgn. Güteverhandlung plaatsvinden, waarin getracht wordt, tot een minnelijke schikking te komen. De Güteverhandlung kan achterwege blijven als een minnelijke regeling van begin af aan uitgesloten is.
Ook bij de rechtbank zal in beginsel slechts één rechter als Einzelrichter de zaak behandelen en niet de volledige Kammer van drie rechters.
Hoger beroep tegen beslissingen in eerste aanleg kan zonder mondelinge behandeling worden verworpen, wanneer de rechter het hoger beroep kansloos acht!
Cassatie is slechts nog mogelijk als deze door de rechter in hoger beroep uitdrukkelijk in het vonnis wordt toegestaan. Als de rechter cassatie niet toestaat kan hiertegen wederom een procedure bij het Bundesgerichtshof worden aangespannen.
De belangrijkste wijziging is echter dat in het kader van een procedure in hoger beroep de rechter niet meer naar de feitelijke gang van zaken, waarover strijd bestaat, mag vragen c.q. in twijfel mag trekken. Het is de rechter in eerste aanleg voorbehouden de feiten correct en volledig in beeld te brengen.
Dit heeft als consequentie dat de rechter in hoger beroep aan de constateringen van de rechter in eerste aanleg gebonden is (tenzij er concrete aanwijzingen zijn dat de rechter in eerste aanleg “nalatig” heeft gehandeld).
Met andere woorden, het zoeken en het vinden van de waarheid is voorbehouden aan de eerste rechter.
De Vorsitzender Richter am Oberlandesgericht in Keulen, Egon Schneider, vat de mening van veel Duitse juristen over deze regeling als volgt samen:” Hauptziel der ZPO-Reform ist der Abbau des Rechtsschutzes, insbesondere die Einschränkung der Berufung. Eine überflüssige Reform einer fachlich überforderten Justizministerin”.
Hoe men ook over deze nieuwe situatie denkt, voor de Nederlandse ondernemer/jurist betekent e.e.a., dat men zich zorgvuldig op een procedure in Duitsland moet voorbereiden. De algehele feitelijke situatie moet reeds in de eerste procedure compleet op tafel komen. Daarmede wordt een vroegtijdige en zorgvuldige opbouw van een dossier belangrijker dan ooit.
Heeft u het vermoeden dat een vraagstuk vroeg of laat voor de rechter zou kunnen komen, begint u dan onmiddellijk alle brieven, memo´s en aantekeningen in een dossier te verzamelen. Noteer namen van mogelijke getuigen, gesprekspartners en data. Indien u mondelinge afspraken met de wederpartij heeft getroffen, bevestigt u deze dan middels een “Kaufmännisches Bestätigungsschreiben” (zie ook het “eerste gebod” uit onze reeks “De tien geboden van het zakendoen in Duitsland”, nieuwsbrief februari 2002).
Meer informatie: http://www.strick.de/duitsland/nieuws/jnd-mailing-aan-afmelding/