Remblok verkiezingen
Na de verkiezingsnederlaag in NRW zoekt de bondskanselier zijn ultieme uitdaging in nieuwe verkiezingen voor de bondsdag (die waarschijnlijk op 18 september a.s. zullen plaatsvinden).
Aangezien Duitsland vanaf nu in een Bundestagswahlkampf verkeert, is het maar de vraag of de voorgenomen wetswijzigingen nog enige kans van slagen hebben. Enige voorbeelden:
- Reform der Unternehmenssteuer
Het plan voorziet in een verlaging van de vennootschapsbelasting van 25% naar 19%.
- Umbau der Pflegeversicherung
De bedoeling was om in de loop van het najaar met concrete wijzigingsvoorstellen m.b.t. de Pflegeversicherung (vergelijkbaar met de AWBZ) te komen.
- Vervroeging betaling sociale lasten
Het plan was om per 01-01-2006 de werkgevers te verplichten de sociale lasten niet per 15de van de maand te betalen maar samen met de loonbetaling aan de werknemer. In januari zou de werkgever derhalve op de 15de de sociale lasten voor december 2005 hebben betaald en op 31 januari de sociale lasten voor dezelfde maand. Via deze goocheltruc zou het sociale stelsel in het jaar 2006 met ca. 20 miljard euro worden gespekt. Een eenmalig voordeel, zoals u begrijpt, want structureel verandert door het voortrekken van de betaling natuurlijk niets aan de tekorten.
- Gesetz zu beschleunigten Planung von Verkehrswegen
Alles zou sneller gaan op het gebied van infrastructuur. Via PPP zou ook de financiering gemakkelijker worden. Of de oppositie in de bondsdag de regering toestaat op dit gebied een (voor Duitsland noodzakelijk) succes te behalen, is maar de vraag.
- Foederalismusreform
Het enig echte probleem van Duitsland is de (mogelijke) blokkade van de beslissingen van de bondsdag (vergelijkbaar met de Tweede Kamer) door de Bundesrat waarin de deelstatenregeringen het voor het zeggen hebben. Veel wetten kunnen uitsluitend door toestemming door beide kamers tot stand komen.
Los van de politieke samenstellingen van beide kamers ligt het euvel in het (constitutioneel verplichte) egoïsme van de deelstaten. Dit houdt in dat beslissingen niet in het landsbelang worden genomen (ook beweren de betrokkenen anders) maar op basis van het afzonderlijke belang van (elk van de) zestien deelstaten. Dit belang kan wederom onderling per deelstaat afwijkend zijn en hoeft bovendien niet per definitie met het landsbelang overeen te stemmen.
Heeft de oppositie in de bondsdag dan ook nog de meerderheid in de Bundesrat, zoals het regelmatig de afgelopen decennia het geval was, dan komen bovenop het deelstatenbelang ook nog partijpolitieke strategische afwegingen.
Gezien het feit dat alle betrokkenen (onafhankelijk van politieke kleur) weten dat zij vroeg of laat met deze situatie als regeringspartij te maken kunnen krijgen, bestond door de politieke partijen heen het voornemen om de macht van de Bundesrat te beperken. Nog kort geleden leek het erop dat regerings- en oppositiepartijen het in het landsbelang eens zouden kunnen worden. Echter, door de vervroegde verkiezingen is dit belangrijke project verschoven.
- Novelle Arbeitnehmer-Entsendegesetz
Er ligt een besluit van de huidige regering dat voor alle branches met een Flaechentariefvertrag (CAO op bondsniveau) een minimumloonregeling zou worden ingevoerd.
Achtergrond is het feit dat in steeds meer sectoren van het Duitse bedrijfsleven Oost-Europese (loon)slaven of schijnzelfstandigen worden ingezet. Zo zijn tienduizenden Duitse werknemers in de vleessector vervangen door Oost-Europese “bedrijven” die zogenaamd de vleesverwerking als resultaatverbintenis aangaan, vaak tegen de in het land van herkomst geldende lonen en sociale lasten.
Gezien het feit dat het voornoemde fenomeen ook in andere sectoren steeds vaker zichtbaar wordt en veel burgers zich door deze ontwikkeling bedreigd voelen, hadden het Nederlandse “NEE” en het Franse “NON”, indien de Duitse burger over de invoering van het Europese Grondwet had mogen stemmen, zonder enige twijfel een Duits “NEIN” als medestander gekregen.
Vanuit deze achtergrond zal ook een eventuele nieuwe regering het Arbeitnehmer-Entsendegesetz in enige vorm voor “algemeen bindend” verklaren. Op het moment echter zal de oppositie (en daarmee ook de Bundesrat) de regering geen succes gunnen.
Maar: “aufgeschoben ist nicht aufgehoben,” zegt een Duits spreekwoord.
- Antdiskriminierungsgesetz
Net als in Nederland heeft ook de Duitse regering de fatale neiging om Europese richtlijnen op een extensieve manier om te zetten. “Mag het nog een onsje meer zijn?” lijkt het devies te zijn. Uiteraard gaat derhalve ook het Duitse Antidiskriminierungesgesetz verder dan de oorspronkelijke richtlijn. De oppositie is tegen de uitbreiding van de richtlijn en wil anders dan de regering de richtlijn één op één omzetten. Ook deze wet zal dan ook niet worden aangenomen.
- Erhoehung Zuverdienstgrenze
Regering en oppositie zijn het erover eens dat de mogelijkheden van een additioneel inkomen in het kader van de Hartz IV-regelingen worden verruimd. Deze wetswijziging zal plaatsvinden.