De wereld van Single Malt Whisky volgens Willem Ham (vervolg)
Na een (mislukte) poging om alle “one hundred wines you must drink before you die” te verzamelen, ga ik een nieuwe uitdaging aan. Single Malt Scotch Whisky lijkt er bijzonder geschikt voor. Dit temeer ik regelmatig het genoegen heb om te genieten van enige voorlichting door de Continentaal-Europese Godfather van de Single Malt, de heer Willem Ham.
Willem heeft meer dan 1700 soorten Single Malt in zijn restaurant “Het Kompas” op Texel uitgestald (en zelf geproefd). De keuken van dit restaurant, die door Els Veeger wordt bestierd, kent eveneens een groot aantal gerechten dat door toevoeging van Single Malt een bijzondere smaak krijgt. Een uitdaging dus, waar ik nog enige tijd mee bezig zal zijn.
Willem Ham legt uit:
Highland Malt
Speyside
THE BALVENIE (1892)
Dufftown, Banffshire. The Balvenie Distillery Company, Balvenie Maltings. Eigendom van William Grant & Sons Ltd.
De eerste steen werd gelegd in 1892 en de eerste spirit kwam op 1 Mei 1893 uit de ketels.
Het was een periode van grote bloei voor de Schotse whiskyindustrie, niet minder dan twintig distilleerderijen werden nieuw gebouwd rond 1890 rond Dufftown.
De heftige Campbeltown- en Islay single malt whiskies waren uit, de zachtere, vriendelijker Speyside single malt whiskies werden geliefder bij de blenders.
William Grant had Glenfiddich gebouwd in 1886 en de directe aanleiding om The Balvenie te bouwen was dat Peter Dawson van Glen Rinnes het plan had naast Glenfiddich een stuk land te huren om er een distilleerderij te bouwen vanwege de uitstekende kwaliteit van het water van de Robbie Dubh bron.
Het bouwen van The Balvenie, aanvankelijk was de naam Glen Gordon, duurde vijftien maanden en de totale kosten bedroegen £ 2000.
The Balvenie begon met twee gebruikte ketels, één de low wine still was afkomstig van Lagavulin en de prijs bedroeg £ 47, de tweede ketel kwam van Glen Albyn en hier werd £ 93 voor betaald.
In 1899 stortte de whiskymarkt in, ingeluid door het frauduleus bankroet van de blenders Pattison te Leith.
Ook voor de firma Grant was het een ramp, de Pattison’s waren de belangrijkste afnemers van Glenfiddich en The Balvenie.
Men besloot zelf te gaan blenden en rechtstreeks aan klanten te gaan leveren.
Na een heel moeilijke start was men in 1914 zover dat er naar dertig landen werd geëxporteerd werd.
The Balvenie is een heel traditioneel bedrijf, de gerst komt deels van eigen akkers, er is een vloermouterij, een kuiperij en een kopersmid.
In 1957 werd er uitgebreid met twee ketels.
Er wordt gelagerd in nieuwe sherryvaten en vaten van Amerikaans eiken.
The Balvenie wordt pas sinds 1971 op grotere schaal als single malt whisky uitgebracht.
The Balvenie wordt gebotteld in de Glenfiddich distilleerderij.
Om te voorkomen dat onafhankelijke bottelaars Glenfiddich en The Balvenie uitbrengen als single malt whiskies bottelen, mengt men Glenfiddich met wat van The Balvenie, en The Balvenie met iets Glenfiddich.
Ze worden verkocht met de namen van respectievelijk Burnside en Warhead.
The Balvenie wordt gebotteld in de ernaast gelegen Glenfiddich distilleerderij.
De Mash tun is 10.2 ton, en er staan tien Wash backs van elk 50.000 liter.
Twee Wash stills zijn groot 9092 liter en twee elk 12,729 liter.
De vier Spirit stills zijn elk 12.729 liter groot.
De ketels worden met stoom verhit door middel van in de ketels liggende spiralen.
Op woensdag 8 Januari 2003 maakt de Balvenie distilleerderij bekend een vijftig jaar oude Balvenie Cask 191 uit te brengen. Het gaat om 83 flessen, gesigneerd door Maltmaster David Stewart, de prijs 6 9220.
Wordt vervolgd.